vrijdag, april 17, 2009

Herziening

Op zijn veertiende ging de heer Severins bij de PTT werken. Later trouwde hij met zijn hospita die korte tijd daarna aan kanker overleed. Vervolgens trouwde hij met zijn schoonzus, die ook overleed. Toen werd zijn teen geamputeerd en daarna zijn been. Nu had hij last van fantoompijn. Ogenschijnlijk onverschillig onderging de heer Severins het leven. Ik ben voortijdig gestopt met het schrijven van zijn levensschets.
Voor een groot inventarisatie-project verdiep ik me momenteel in gemeentearchieven die betrekking hebben op de Tweede Wereldoorlog. Iedere dag ben ik op zoek naar ook maar de kleinste verwijzing naar deze periode uit onze geschiedenis. Hoofdstukken als 'openbare orde', 'militaire aangelegenheden' en 'luchtverdediging' bevatten vaak veel bruikbaar materiaal. Ook de notulen van gemeenteraden en colleges van B&W zijn van belang; evenals de bevolkingsregistratie. En dan zijn er nog de gebruikelijke vorderingen van fietsen en radio's, de distributie van voedsel en de rapporten van oorlogsschade. Soms kom ik ook iets tegen over niet-Joodverklaringen of arrestanten die vermoedelijk naar Duitsland zijn afgevoerd. Voor de rest bevatten de inventarissen over de periode '40-'45 alleen maar onbruikbaar materiaal. De aanleg van nieuwe riolering en electriciteitskabels, verbreding van straten, gemeentelijke belastingen, bouwvergunningen, toezicht op het onderwijs, aankoop, verkoop en ruiling van grond en bijvoorbeeld ontheffingen van de hinderwet. Het dagelijks leven in al zijn saaie voorspelbaarheid trek in eindeloze reeksen inventarisnummers, zakelijk en informatief beschreven aan mij voorbij.
En steeds weer moet ik aan de heer Severins denken. Toen ik hem vroeg naar zijn mooiste herinnering, antwoordde hij 'De oorlog. We hadden toen altijd genoeg eten, omdat de Duitsers niet goed controleerden of mijn vader wel alle kruidenierswaren leverde die op de bestelbon stonden. En je kon de hele dag op straat voetballen zonder dat iemand er wat van zei, omdat er geen fietsen en auto's waren.'

woensdag, april 08, 2009

Steengoed

We gaan vandaag naar een overdekt winkelcentrum, omdat we de Kleine Reisgenoot daar wat gemakkelijker vrij rond kunnen laten lopen. Eenmaal door de draaideur, gaat hij direct zijn eigen gang.
Een meisje met een representatief uiterlijk, een naambordje en enkele informatiefolders in haar hand benadert me met de vraag of ik ook kinderen heb, want ze mag mij vandaag een bijzonder aanbod doen. Voor een heel bescheiden bedrag kan ik iedere veertien dagen een boekje thuisgestuurd krijgen met leuke verhalen van populaire tekenfilmfiguren; iedere twee maanden krijgen we dan nog een gratis dvd en verder krijgen we ook nog eens een hele aantrekkelijke standaard-korting op allerlij speelgoed. Tijdens dit verkoopverhaal herinner ik me hoe kinderen bij mij op de basisschool ook zulke boekjes hadden en hoe ik bij hun thuis in een hoekje ging zitten lezen en het spelen dan verder liet voor wat het was. Ik dompelde mij dan onder in wonderlijke verhalen met prachtige kleurrijke tekeningen erbij. Vooral het verhaal over een pinguin die in een badkuip naar de tropen vaart is me bijgebleven. En een zelfde ervaring gun ik de kleine man die nu bij een plantenbak aan het scharrelen is.
Ik sta op het punt om mij tot een langdurige overeenkomst te verplichten, wanneer zoonlief aan mijn broekspijp begint te trekken. Hij heeft tussen de planten een steentje gevonden dat ogenschijnlijk alle rijkdommen op aarde overstijgt. Terwijl ik me voorover buig om de schat te bewonderen maak ik nog snel even een verontschuldigend gebaar naar het meisje.