vrijdag, november 20, 2009

Diaspora

'Ik lijk wel een Turk' schiet het door me heen, wanneer ik onze straat in fiets en met afkeer de rotzooi zie.
Mijn overbuurman heeft een mercedesbus en daaraan klust hij op de meest onmogelijke tijden. Hij is er wel eens mee naar Turkije geweest, maar hij gebruikt de wagen toch vooral voor zijn klusbedrijf. Sigarenrokend sleept hij gereedschap het huis in om er vervolgens weer ander spul achter in te laden. Hoewel hij al meer dan twintig jaar hier woont, is het Nederlands van mijn Buurman op zijn zachtst gezegd abominabel. En als we eens een praatje maken, begint hij binnen de kortste keren over zijn vaderland. Natuurlijk is het klimaat daar veel beter en de belastingen zijn er veel lager dan hier. De gezondheidszorg is er ook beter geregeld. Zelfs het cultuurbeleid is beter, dus als ik nog eens iets leuks wil beginnen, dan moet ik zeker naar Turkije. Zeker weten, echt waar. Natuurlijk wordt de rechtstaat er veel strikter gehandhaafd en er is veel minder discriminatie. De grond is veel vruchtbaarder, het eten is lekkerder en de straten worden er door de vuilnisdienst veel beter schoongemaakt. De laatste paar jaar is mijn buurman alleen niet meer naar zijn dorp en zijn familie terug geweest in de vakantie, omdat hij na een jaar hard werken eindelijk wel eens rustig achter in de tuin wil zitten.
Het land van mijn jeugd begint verdacht veel op de geboortestreek van mijn buurman te lijken.