zondag, januari 27, 2008

Fijnproeven

Vrijer was weer eens met Pelgrim mee naar diens stamkroeg, waar ze honderdvijftig verschillende bieren hebben. 'Omgerekend betekent dat dus dat je drie jaar lang iedere week iets anders kunt drinken. En dan reken ik de tap- en seizoensbieren nog niet eens mee.'
Bewonderend keek Vrijer naar de wand vol verschillende bierflesjes en zijn woorden klonken alsof hij de berekening voor het eerst maakte. In werkelijkheid trok hij deze conclusie iedere keer als hij zijn huisgenoot vergezelde naar het kleine cafeetje aan de gracht. Vervolgens ging hij dan over tot het opnoemen van alle verschillende bieren die hij zich herinnerde in het verleden eens gedronken te hebben en die hij nu op een van de planken achter de bar herkende. Vandaag hadden vooral de abdijbieren zijn interesse en met name dat ene flesje zonder etiket. 'Denk jij wat ik denk dat dat is?' begon hij. 'Zou dat dat bier zijn van dat ene klooster waar je alleen eenmaal per jaar aan de kloosterpoort bier kunt kopen en waardoor dan in de wijde omtrek verkeersopstoppingen ontstaan? Dat moet haast wel, als je alleen al naar die prijs kijkt: elf euro! Die ga ik proberen.' Pelgrim koos zijn standaard 'openingsbier' en beide vrienden genoten in stilte.
Toen Vrijer even werd afgeleid verwisselde Pelgrim de glazen. 'Van de eerste tot de laatste slok goed.' was Vrijers conclusie nadat hij weer een ferme teug genomen had. Pelgrim knikte instemmend.