donderdag, juni 05, 2008

Levensverwachting

Het is weer tijd voor mijn wekelijkse borrel. Met de kleine reisgenoot in zijn buggy zit ik onder de luifel voor de ingang van het café. Als een soort portier begroet ik de vaste gasten. De heer Mulder is de eerste die weer vertrekt.
Ik weet niet of Mulder alleen hier drinkt, maar het was me al bij onze eerste ontmoeting duidelijk dat hij een grootverbruiker is. Zijn pantalon en colbert zijn vaal en zijn overhemd is groezelig. De riem die zijn broek op houdt is te smal en door ouderdom uitgerekt. Als Mulder praat is het traag en wat warrig: 'Zo kleine man, is je flesje lekker? De fles weet hij al wel te vinden hè? Dat is goed. Flessen moet je koesteren, want in de glasbak gaan ze stuk zeg ik altijd maar. Ja toch? Ik ga de huiswaartse procedure zo maar eens voorzichtig aanvangen denk ik. Hoe oud is hij nou eigenlijk, want hij is wel gegroeid hè?'
'Is tie ongeveer een jaar? Nou dan moet je nog even geduld hebben knul, voordat we samen kunnen toosten. Nog vijftien jaar wachten dus. Vijftien jaar, denk je dat ik dat haal?'