vrijdag, januari 19, 2007

Luchtfietser

Tijdens het fietsen door de daverende storm vanmiddag, bekroop mij ineens een beklemmende gedachte.

Ik had berekend dat ik vanaf het strand eerst zo'n tweehonderd meter de wind schuin mee had en daarna de rest van de reis bijna pal in de wind op zou moeten. Daarom genoot ik extra van het eerste stukje, terwijl het kolkend geraas van de zee achter een duin verdween. Onverwachts kwam uit een zijstraatje een auto en slippend voorkwam ik een ongeluk. De vrouw achter het stuur had niet eens door wat er bijna gebeurd was. Binnensmonds mopperend vervolgde ik mijn weg en overal zag ik stormschade: vuilniszakken en reclameborden lagen verspreid over de straat, een zonnewering was aan flarden gescheurd en ergens anders klapperde een stuk losgeslagen zeildoek luidruchtig aan een steiger. Overal op het fietspad lagen afgerukte takken en aan de overkant van de weg zag ik zelfs twee omgewaaide bomen. De enkele wandelaar die zich nog op straat waagde, hing zwaar tegen de wind in of werd juist gejaagd voortgedreven.

En ondanks al dat stormgeweld ging het fietsen toch vrij gemakkelijk. De wind leek vreemdgenoeg telkens een beetje van achter te komen en woei eigenlijk lang zo hard niet als je wel zou verwachten. Mijn shawl bleef rustig om mijn nek hangen en ook mijn broekspijpen klapperden nauwelijks. Op een gegeven moment voelde het zelfs zó verstild dat ik me heel even heb afgevraagd of ik misschien niet toch een ongeluk had gehad.

dinsdag, januari 16, 2007

Gelukkige dronk

Eerst de stenen trap naar de voordeur en de metershoge gang. Daarna de trap met de versleten loper en op de overloop het raam waardoor een jonge Catharina Dorothea naar het bezoek in de hal keek. Tenslotte de 16e eeuwse spiltrap en het lage deurtje dat mij in één klap nog twee eeuwen verder voert.

Bij de slijter om de hoek heb ik voor mij totaal onbekend bier gekocht en nu zit ik hier teruggetrokken op zolder. Iedere stap die ik zet, doet de planken kraken en in het spaarzame licht van een schemerlamp lijken alle moderne objecten te vervagen. Het nachtelijk rumoer in de straat verliest op deze hoogte haar betekenis. Het kan van alle tijden zijn. En de gaskachel in de hoek is voor mijn part een openhaard.

Twee lege bierflessen liggen achter mij en zonder er een moment bij na te hoeven denken buk en zwenk ik mij in het donker een weg langs opstapjes hanebalken en gebinten. Wat is het toch heerlijk om je eenzaam dronken thuis te voelen.

donderdag, januari 04, 2007

Transcriptie

'Ja, dat lucht en ruimtevaart is dus geïnspireerd op de gedachte dat volkeren in Europa elkaar bestreden hebben en elkaar kortgeleden nog bestreden hebben; denk aan Joegoslavië en Kosovo. Dat het dus zo is dat dat symbool van dat vliegen en een looping maken is daarin verwerkt het is meer een Immelmann-turn. Een Immelmann-turn is dus een stijgende lijn en dan ineens naar beneden nou en daar werd bijvoorbeeld de Red Baron, de Rode baron, Von Richthoven, een Duitse jachtvlieger uit de Eerste Wereldoorlog ook bekend om. Een Immelmann, Immelmann was ook een vlieger. En die bewegingen van vliegtuigen, niet stuntvliegen, het ging zuiver om aktie pak weg Zierikzee werd gebombardeerd met bommetjes er uit gooien, Eerste Wereldoorlog; er zijn ook doden gevallen in Zierikzee. Maar dat was dus allemaal luchtvaart waarbij Fokker enerzijds en Koolhoven anderzijds de Duitsers van spullen voorzagen en Koolhoven de Engelsen. Koolhoven had een Engelse vrouw en is later ook Engelsman geworden. Hij is in Rijswijk woonachtig geweest aan de Nassaukade; zijn huis staat er nog. Ik heb dat uitgebreid het leven van Koolhoven ook gelezen. Heel interessant. Maar begon gewoon net als Pander met een klein fabriekje en dat fabriekje stond later op Waalhaven en dat is in de meidagen van ’40 weggevaagd. En Koolhoven als militair toestel was nog wel bekend maar dat stelde verder niks meer voor. Daar was geen markt meer. Maar Frits Koolhoven is dus een bekende Rijswijker geweest.'